Met de features van R6.03 kunnen gebruikers van Centum CS (geïntroduceerd in 1992), Centum CS 1000 (1997) en Centum CS 3000 (1998) hun systemen snel en naadloos opwaarderen naar Centum VP.
Tot de belangrijkste features en uitbreidingen behoort de backwards compatibiliteit naar alle belangrijke onderdelen van eerdere versies. De Centum VP I/O-device bijvoorbeeld en de applicatieprogramma's zijn speciaal ontwikkeld om de compatibiliteit met de eerdere versies te verbeteren. Dat vereenvoudigt niet alleen het upgradeproces maar verlaagt ook de bijbehorende risico's.
De compatibiliteit met bestaande kasten, aansluitingen en veldbekabeling is eveneens gegarandeerd. De belangrijkste onderdelen van een Centum-systeem zijn het Human Interface Station (HIS), de monitoring- en besturingsinterfaces voor operators en de Field Control Stations (FCS) voor besturing van de werkzaamheden in procesomgevingen. Elk FCS heeft een controller en verschillende IO-devices die verbonden zijn met de kleppen en sensoren die de stroomsnelheid, druk, temperatuur en andere procesvariabelen meten.
De functies en vorm van het Centum VP R6.03 IO device zijn zodanig ontworpen dat deze volledig uitwisselbaar zijn met de IO-devices van CS-, CS 1000- en CS 3000-systemen. Daarnaast is de volledige compatibiliteit met de FCS-kasten en -aansluitingen van eerdere Centum-systemen gegarandeerd. Het upgraden naar de nieuwe I/O is dan ook eenvoudig: alleen de bestaande I/O-module in iedere FCS-kast hoeft te worden vervangen door een nieuwe. Het herconfigureren van de bekabeling tussen I/O en sensoren en kleppen is niet nodig.
Ook in de compatibiliteit met applicatiesoftware van eerdere Centum-uitvoeringen is voorzien. De HIS-graphics en besturingsprogramma's van eerdere systemen kunnen ook met VP R6.03 worden gebruikt. Daarmee wordt het gebruik van applicatieprogramma's efficiënter, wordt het risico van upgrades tot een minimum beperkt en de downtime van de procesomgeving verminderd.